Ik riep: “Doornroosje! Je bent ternauwernood meer van belang! Ternauwernood… Nog net wel. Nog niet helemaal niet. “Ik houd ternauwernood oneindig veel pijnlijk nauwgezet en desalniettemin niet voor herhaling vatbaar nog net wel van jou”, zei ik.En niet lang daarna:“Ik houd ternauwernood oneindig veel op zijn minst overdadig en onomkeerbaar pijnlijk nauwgezet bijna achteloos en desalniettemin niet voor herhaling vatbaar nog net wel van jou.”“Van wie?” (riepen de denkbeeldige meeuwen) “Van wie? Van wie?”“Van Doornroosje”, zei ik, buiten adem.

Report Quote Report Quote Report Quote Submit Quote Submit Quote Submit Quote